Op deze pagina kan een risicoklasse bepaling gedaan worden.
Samenvatting VRKI 2.0 versie 2018
Deze samenvatting is met zorg samengesteld; bij vragen of twijfel kunt u de complete tekst raadplegen op: www.hetccv.nl. De inbraakgevoeligheid van
woningen wordt bepaald door de aanwezigheid van – voor inbrekers – attractieve zaken van de inboedel. De totale waarde ervan bepaalt de
risicoklasse. De beveiligingsmatrix geeft voor iedere risicoklasse de bijbehorende beveiligingsmaatregelen.
WONINGEN
Onder attractieve zaken van de inboedel wordt verstaan:
• Audiovisuele en computerapparatuur;
• Lijfsieraden en contant geld of waardepapieren;
• Bijzondere bezittingen: bijvoorbeeld antiek, kunst, muziekinstrumenten en verzamelingen.
Attractiviteit kenmerkt zich door:
• De waarde van de attractieve zaken, zoals door de
opdrachtgever aangegeven en vastgelegd in het
intakedocument;
• De zaken die ‘gemakkelijk te vervoeren’ zijn. Dit houdt in dat het ‘onder de arm mee te nemen’ is.
BEDRIJVEN
De inbraakgevoeligheid van bedrijven wordt bepaald door de aanwezigheid van de soort attractieve goederen en inventaris, de waarde
ervan en onder welke omstandigheden die goederen aanwezig zijn (eigen gebruik, winkel / showroom of in een magazijn)
De beveiligingsmatrix geeft voor iedere risicoklasse de bijbehorende beveiligingsmaatregelen.
Aandachtspunten voor bedrijven:
• Niveau BK3 en BK4 zijn primair bedoeld voor
gevelopeningen waarachter zich direct attractieve
goederen bevinden;
• Vanaf risicoklasse 3 kan tevens ramkraakbeveiliging van
toepassing zijn (zie deel B).
Organisatorische maatregelen
O1 Standaard organisatorische maatregelen;
O2 O1 met daarbij een omschrijving van de specifieke organisatorische maatregelen die zijn toegespitst op het risico.
Bouwkundige maatregelen
BK1 Bouwkundige maatregelen met functionerend hang‐ en sluitwerk en goede kwaliteit van de gevelelementen
BK2 Prestatie‐eis 3 min. inbraakwerendheid
BK3 Prestatie‐eis 5 min. inbraakwerendheid
BK4 Prestatie‐eis 10 min. inbraakwerendheid
Compartimenterings maatregelen
CO1 Geen prestatie‐eis voor inbraakwerendheid
CO2 Prestatie‐eis 3 min. inbraakwerendheid
CO3 Prestatie‐eis 5 min. inbraakwerendheid
CO4 Prestatie‐eis 10 min. inbraakwerendheid
Meeneembeperkende maatregelen
ME1 Geen prestatie‐eis voor diefstalvertraging
ME2 Prestatie‐eis: 3 min. diefstalvertraging
ME3 Prestatie‐eis 5 min. diefstalvertraging
ME4 Prestatie‐eis 10 min. diefstalvertraging
Elektronische maatregelen
EL1 Grade 2 alleen voor woningen
EL2 Grade 2
EL3 Grade 3
EL4 Grade 3 + maatwerk Zie verder VRKI 2.0 deel B hoofdstuk 6
Schilddetectie (zie VRKI 2.0 deel B hoofdstuk 6)
SD1 Woningen: openstanddetectie op bereikbare, beweegbare gevelelementen.
Bedrijven: openstanddetectie op nooduitgangen
SD2 Voor bereikbare (2,40m) vaste en beweegbare gevelelementen
SD3 Voor bereikbare (5,50m) vaste en beweegbare gevelelementen , wanden, vloeren en daken
SD4 Detectie op terreingrenzen + camerasysteem met video‐analytics met doormelding naar de PAC
Alarmtransmissie
AT1 Alleen voor woningen
AT2, ATS SP2/DP1 security grade 2 ontvangst PAC T2
AT3, ATS DP3 security grade 3 ontvangst PAC T4
AT4, ATS DP4 security grade 4 ontvangst PAC T5
Reactie
RE1 Alleen bij woningen met EL1.Alarmopvolging ontvanger bericht op mobiele telefoon of door de bewoner, buren of passanten die reageren op luid‐ en/of optische alarmgevers
RE2 Alarmopvolging door PAC naar sleutelhouder(s)
RE3 Alarmopvolging door PAC naar een erkende particuliere beveiligingsorgqanisatie. Of alleen bij woningen R2+ technische alarmverificatie waarbij opvolging door sleutelhouder + prioriteit 1 politie
RE4 Technische alarmverificatie verplicht. Alarmopvolging door PAC naar een erkende particuliere beveiligingsorgqanisatie (max 15 min) en prioriteit 1 politie
Indeling naar attractiviteit van goederen en inventaris 2018 (link)